Dag 58, Maandag 5 maart: op zee, 554 km gevaren

We werden vanochtend weer met een spiegelgladde zee wakker – al sinds we op 26 februari begonnen te varen door het National Great Barrier Reef Marine Park, en daarna toen we uit het parkgebied voeren rond de punt richting Darwin, hebben we eigenlijk geen noemenswaardige golven meer gehad. Dat verrast ons wel een beetje, we wisten dat we in het rif gladde zeeen konden verwachten omdat het rif veel tegenhoudt, maar we hadden eigenlijk wel een beetje spoken verwacht qua weer en ruwe zeeen toen we de punt van Arnhemland rondde en door de smalle Torres Strait tussen Papua Nieuw Giunea voeren. Maar het wateroppervlak is dus al die tijd nog altijd spiegelglad.
Tijdens onze wandeling vanochtend kwamen we het roomservicemeisje tegen in de gangen; zij brengt hapjes rond en doet allerlei andere dingen die vooral te maken lijken te hebben met het brengen van spullen van en naar de keuken en de hutten, maar heeft wisselende diensten dus de ene keer heeft ze vroege dienst en de andere keer late dienst – dan vervangt haar lange mannelijke collega haar bij het rondbrengen van de hapjes. We hebben even met haar gekletst en Hans heeft zijn Russische op haar geoefend (hij kan onderhand al een klein gesprekje voeren, met goedemorgen/middag/avond/nacht, hoe gaat het, goed/heel goed, bedankt, graag gedaan, en “doei doei”, paka paka, wat we op de Volga-reisgeleerd hebben en iedere Russische spreker altijd een beetje om moet glimlachen dat we dat kennen). Ze is Russisch van geboorte maar haar ouders zijn toen ze klein was verhuisd naar Oekraine, vermoedelijk na de val van de Sovjet Unie en omdat ze daar wat familie hadden. Ze was tot onze verbazing 38 jaar oud (ik zou haar niet ouder dan 25 geschat hebben) met een zoontje van 11, en was in Oekraine iets van projectplanner of zo geweest in de bouw, maar of ze was zonder werk komen te zitten en/of verdiende ze zo extreem weinig, dat roomservicemeisje op dit schip in verhouding een goedverdienende baan was. Haar volgende contract (steeds contracten van 9 maanden, maar ze mag in overleg na 7 maanden naar huis als ze wilt) zou bij de receptie zijn, wat een redelijke promotie was, maar haar geheime ambitie was om Guest Services Manager te worden – en wij denken dat ze dat wel in zich heeft! Want ze is weliswaar een heel zacht schuchter meisje om te zien maar ze is van binnen pittig en intelligent. Ze benadrukte dat heel het gedoe tussen Rusland en Oekraine politiek was, de gewone mensen gingen gewoon nog goed met elkaar om, uitzonderingen daargelaten natuurlijk, en ze vond het wel lastig om zo lang van huis te zijn maar ze vond het ook wel een heel klein beetje leuk dat ze nu in exotische plekken kwam zoals Frans Polynesie – zoals ik het begreep was ze eigenlijk nog nooit of amper uit Rusland/Oekraine geweest! En ze moest hard werken maar het was lichamelijk hard werken, haar hoofd had rust – en ze was onder de mensen, wat ze het allerleukst vond want haar baan vroeger was alleen maar op kantoor met papieren en cijfers werken. Het was erg leuk om even met haar te kletsen en Hans kon zelfs zijn zinnetje yellowbluevase (“yellow blue vase”, in het engels, betekent schijnbaar ik hou van jou in het Russisch) oefenen toen ze hem maar 40 schatte en echt twee keer bij mij controleerde of het waar was dat hij bijna 60 was! Altijd leuk zo’n complimentje! Hij kreeg wel gelijk een stortvloed Russisch over zich heen toen hij het zei, ze vergat in haar enthousiasme dat hij natuurlijk maar een paar woordjes Russisch sprak! Maar, al klinkt het zo gek dat zo’n Engels zinnetje iets zou kunnen betekenen in een andere taal, het was duidelijk dat ze de betekenis herkende en in haar Russische woordenstroom herkende wij ook de blue en yellow. Leuk!



Terug bij de hut stond Ivan, dus Hans zei dat hij drie vingers kwijt was door de krokodil en maakte een hard-rock teken met zijn wijsvinger en pink in de lucht – Ivan moest lachen en zei dat de belangrijkste vingers in ieder geval over waren gebleven!
Om 11 uur zijn we naar het hamburgertentje op dek 12 gegaan, waarvoor een paar tafels opgesteld waren en de Indiaase koks een kookdemonstratie van de tandoori oven gingen geven. Ze hadden alle kruiden en specerijen klaarstaan, en alvast gemarineerde kip, vlees en kaasspiezen gemaakt, en de electrische tandoori houtskooloven stond al lekker heet te loeien. In de hete zon en naast de hetere oven deed de tandoori-chef laten zien hoe hij het vlees voorbereidde en verschillende marinades maakte voor tandoorigerechten – belangrijkste ingredienten leken toch vooral (veel) knoflook en een yoghurt/room/zure room mengsel te zijn. En dan afhankelijk van het recept meer of minder chili, gember, en allerlei lekkere geurende kruiden en specerijen. Het rook heerlijk!























Toen alle marinades gemaakt waren gingen de van te voren gemaakte spiezen in de oven – de lamsgehaktkebab was zo klaar, de oven was bloedheet namelijk. Het gehaktmengsel was voor het bakken zo zacht geworden in de warmte op dek dat de kok het amper op de spies kreeg. De kipspiezen werden wat langer gebakken. De roomboter was tijdens de demonstratie hard aan het smelten en aan het einde was er alleen nog maar een plasje over, maar dat kwam wel goed uit, want eerst werden de marinades getoond, toen werden de vleesspiezen in de tandoori oven gebakken, en als afsluiter deed de kok een paar naan en roti broodjes maken; en daar ging gesmolten boter over! Toen de kok klaar was mochten we proeven, de lamsgehaktkebab smolt in je mond zo zacht als hij was, heerlijk. Sydney beloofde dat ze morgen bij de demonstratie de recepten zouden hebben voor ons, mooi, dat lijkt me wel iets om een keer thuis te proberen!



























We hebben even een ommetje gelopen en daarna bij het hamburgertentje een hamburger besteld – er was helemaal niets op het lunchmenu in het restaurant dat Hans aansprak, en mij weinig, en terwijl we er naast stonden te kijken naar de tandoori-demonstratie rook het zo lekker, dat we besloten daar iets te halen. De vorige hamburger was lekkerder geweest, maar dat was een andere kok en deze leek er niet zo veel zin in te hebben en deed ook echt alleen wat je vroeg – we waren tomaten vergeten te vragen en die bood hij dus ook niet aan. Maakt niet uit het smaakte wel! De hamburgers zelf zijn erg klein, misschien maar zo’n 5-6 cm doorsnede, dus we besloten dat we wel een toetje mochten – maar ja, bij zo’n buffet gaat het dan natuurlijk gelijk mis, je pakt allerlei dingen die je wel lekker lijkt dus we hadden allebei weer eens veels te veel zoetigheid gepakt. Ach ja... Lekker was het wel! Dus we hebben lekker gesnoept en waren rond 12:15 terug in onze hut om te rusten.












’s Middags ben ik naar de lezing over draken gegaan; echte en mythologische. Hoe de lezinggeefster, een ex-universitaire docente en met aardrijkskunde als achtergrond, en op zich meestal wel met redelijk leuke lezingen, echte draken en mythologische bij elkaar zou brengen was nog even afwachten, maar ik hoopte op mooie foto’s van de echte draken aangezien zij haar lezingen altijd vult met foto’s. Uiteindelijk heeft ze geprobeerd te veel te behandelen in een te korte tijd, want ze behandelde hagedissen zoals Australische bearded agames en Komododraken (maar geen Australische goanna’s, gek genoeg, terwijl die na de Komododraken toch ver de grootste hagedis moeten zijn), maar ook “zeedraken”, een vorm van zeepaardje, en ging toen abrupt over op Chinese draken en de symboliek daarvan, en dat is duidelijk een hobby van haar, dus ze ging tot in detail door over de Chinese draken en met hoeveel tenen en schubben ze afgebeeld moeten worden, hun namen en eigenschappen, pfffff. Jammer! Hans was ondertussen lekker in de hut gebleven om zijn serie te kijken.




’s Middags kregen we een brief onder de deur geschoven, over dat onze excursie “the best of Shanghai”, vertrekkend vanuit de haven van HONG KONG!!! Een half uurtje opgeschoven was qua planning... Tikfoutje hoop ik! ’s Avonds na het eten lag er weer het uren-kaartje op ons kussen, de klok moet morgen een uur terug. We schelen dan 7 uur met Nederland.







Hans en ik liepen zoals zo vaak na het eten via onze hut door onze gang om naar het achterdek te lopen. Onderweg kunnen we wat “hindernissen” tegenkomen – de kamerstewards; er zijn er in deze lange gang verschillende, allemaal met hun eigen stukje van de gang. Sommige zie je nooit, anderen kunnen onze voortgang flink vertragen. De eerste hindernis is natuurlijk Ivan, die heel aardig is maar als hij in onze buurt is weleens zin heeft in een praatje, en nooit zo goed weet hoe hij een gesprek moet afronden. Ina, met haar vriendelijke glimlach maar donkere blik heeft nooit veel tijd voor kletspraatjes tegen het einde van de dag, en werkt haar taken met efficientie en snelheid af en verwacht dat Ivan hetzelfde doet. Vanavond had Ivan alleen even tijd voor een snelle hallo hoe gaat het ermee (hij zal wel onder instructies van Ina zitten...)

De tweede “hindernis” is vaak wel een leuke vertrager, een vrolijke Chinees die ons altijd vrolijk groet en altijd wel even iets van een grapje maakt – die soms wat te ingewikkeld wordt vanwege de taal-beperkingen, maar dan in ieder geval hem altijd hikkend van het lachen achterlaat. Vanavond werd het een wat ingewikkeld gesprek over de salties, en dat ze in sommige delen van China krokodil (en heel veel andere dingen) eten, en omdat krokodillenvlees schijnbaar volgens hem snel slecht wordt, wordt de krokodil op een rekje gebonden en levend stukjes er van af gesneden beginnend bij de staart. Hij vond het een vreselijk idee om vlees te eten dat zo verkregen werd, maar het beeld van zo’n krokodil op zo’n rekje gebonden vond hij wel grappig.
De derde hindernis is wat complexer; een op zich vriendelijke Indier wiens territorium in het knikje van de gang zit, en als we geluk hebben en snel genoeg zijn alleen even hallo zegt in het voorbijgaan, en als we pech hebben ons klemzet in de knik en in een monoloog van het een of ander betrekt. Vanavond hadden we pech; hij stapte voor ons de gang in, en is een klein mannetje maar je kunt er moeilijk omheen douwen en wegwezen, én hij had zin om te kletsen, dus we waren het haasje; we kregen een hele lange monoloog die deels herhaling was van eerdere monologen, en deels nieuw. Op zich wel interessant want het onthulde wat dingen over zijn behoorlijk cynische denkswijze, over hoe goed hij het eigenlijk thuis heeft met dit salaris (groot huis, zijn vrouw kan kopen wat ze wil) en allerlei andere dingen – maar er kwam maar geen einde aan. Ik merkte dat Hans geen idee had hoe we hier aan moesten ontsnappen – we waren dus reddeloos overgeleverd aan zijn woordenstroom, te beleefd om te vluchten. En het is ook nog eens al een paar dagen bloedheet in de gang omdat de airco niet goed werkt. Gelukkig riep de Chinees hem op gegeven moment dat het pauzetijd was, en konden wij er vandoor. Oef, dat had iets van een kwartier geduurd! Gelukkig, als we ons rondje op dek doen, lopen we altijd via boven en komen dan via de voorste trap direct terug bij onze hut, dus we hoefde de hindernissen niet nog een keer te nemen vanavond...

Dag 59, Dinsdag 6 maart: op zee, 546 km gevaren

Vanochtend toen we wakker werden en zoals altijd de tv aanzette op de satelietkaart, schrok ik omdat de tijd daar een uur later was dan ik mijn mobiel (onze wekker) en de fototoestellen op gezet had. Toen we ons ochtendwandelingetje deden heb ik even bij het restaurant binnengekeken, daar hangt de enigste klok die ik me zo gauw kan verzinnen op ons rondje – en inderdaad, wij hadden de goede tijd, de tv stond nog op de tijd van gisteren. Het heeft tot het avondeten geduurd voordat de fout ontdekt en aangepast is, en het heeft denk ik een hoop mensen vandaag enorm verward – onze tafelgenoten schrokken ook toen ze wakker werden, met name de Duitser, want het ontbijt is zijn favoriete maaltijd hier aan boord en hij dacht dat het 9:30 was geweest, dus dat het buffet gesloten was! We zagen ze buiten op de Promenade staan op dek 7 toen we toevallig langs de deur liepen, en hebben ze even aangesproken. Het Promenade dek is echt een heel mooi breed houten wandeldek onder de reddingsboten, echt klassiek voor oude cruiseschepen.








We voeren vandaag al een beetje tussen eilanden door, op een erg rustig tempo – maar zo’n 11-12 knopen, we hebben duidelijk geen haast. Het was weer verstikkend warm iedere keer als we naar buiten stapte – zowel luchtvochtigheid, als brandende zon. Om 11 uur zochten we een plekje in de buurt van de alvast opgestelde tafels op dek 12, want er zou een fruit- en groentesnijd demonstratie gegeven worden. Het was druk en iedereen stond bijna met zijn buik tegen de tafels aan om maar zo dicht mogelijk te kunnen staan – en er is helaas niemand die men iets verder af laat staan zodat er meer mensen bij kunnen. Maar goed, Hans en ik stonden dus ook vooraan!








We hadden geluk; de drie koks die de demonstratie zouden geven (een jongen uit de “koude keuken”, zijn leidinggevende en de vroegere leidinggevende uit de “koude keuken” die nu in de warme keuken werkt) gingen zo aan de tafels staan dat de jongen, die echt de beste is, vlak bij ons stond, zijn huidige baas, die daarna best goed is, daarnaast, en de oude leidinggevende die het ooit heel goed kon maar inmiddels een beetje langzaam is, het verste van ons vandaan. Maar alle drie hebben mooie dingen gemaakt – alleen de jongen kan echt toveren met eten; hij maakte zonder tekening vooraf uit de losse pols een prachtige gorillakop van een watermeloen, in een paar minuutjes van een Chinese sla en kleine stukjes wortel, peen, radijs en olijf een witte pauw, en van een hele ananas en het groen van een andere ananas met de details in wortel en radijs met olijf als de ogen, een mooie haan.





























Toen alle drie klaar waren met hun stukken werden ze allemaal bij elkaar gezet voor de foto, met wat bosjes krulsla als aankleding en wat kant en klare rozetten van peen met bloemblaadjes van rode ui erbij. Erg knap allemaal!


















Onze tafelgenoten bij de lunch waren niet erg spraakzaam; Hans en ik zagen het al toen we aan kwamen lopen; een Aziatisch stel dat duidelijk niet zo goed Engels sprak was als eerste aan de tafel gaan zitten, bij het raam tegenover elkaar. Snap ik, je weet nooit of er nog iemand bij komt en dan zit je het lekkerst tegenover elkaar – en bij het raam. Normaal gezien zouden andere mensen dan naast hen gaan zitten, al dan niet tegenover (hoewel dat niet zo gebruikelijk is onder de Engelsen) of naast elkaar, maar in dit geval waren de andere twee mensen die naar deze tafel waren verwezen een Australische moeder en jongvolwassen dochter nog altijd in de rebelse-tiener-fase (neusring, verveelde blik en houding, overal liever dan hier zijn maar ondertussen er wel zitten) – en die waren aan de uiterste andere kant van de tafel tegenover elkaar gaan zitten. Hoe geef je beter aan aan je tafelgenoten dat je geen behoefte hebt aan conversatie! En Hans en ik mochten daar dus tussen gaan zitten (tegenover elkaar). Moeder en dochter waren ook niet in staat om ook maar een keertje dankjewel tegen de ober te zeggen, en moeder wist nog wel een keertje te vragen aan Hans of hij het zout kon doorgeven (liever niet, maar ze kon moeilijk over hem heen reiken), maar dankjewel was te ingewikkeld. En dat was ongeveer het hoogtepunt van het gesprek! Dus Hans en ik keken elkaar al aan en hebben maar lekker Nederlands gekletst – het Aziatisch stel leek ons niet onvriendelijk maar sprak duidelijk slecht Engels dus daar viel ook geen gesprek mee te voeren! En Hans en ik hebben geen thee genomen en zijn opgestapt zodra we ons hoofdgerecht ophadden met een vriendelijk doch duidelijk “fijne middag” waar we eigenlijk alleen van het Aziatisch stel een fatsoenlijk antwoord kregen. Ach ja... Het kan niet altijd gezellig zijn zullen we maar denken, over het algemeen hebben we niets te klagen over onze tafelgenoten.









In de middag wilde we naar de lezing van de fotograaf, die vandaag over zijn cruise boven de poolcirkel ging vertellen (altijd leuk!) en stapte om 15 uur volgens programma de showlounge in. Die was pikdonker, er werd popcorn gebakken, en de film Night at the Museum werd als Duitstalige film op het grote scherm getoond! Oeps, foutje in de planning; de Duitsers hebben een eigen programma met vaak allerlei dingetjes voor hen apart geregeld – prima natuurlijk, maar dan moet je daar wel rekening mee houden als je het Engelse programma in elkaar draait... Hier was dus een dubbele boeking gedaan! Om 15:10 was de film eindelijk afgelopen, en om 15:15 kon de fotograaf dan eindelijk, een kwartiertje later dan gepland, zijn verhaal beginnen.




Altijd leuk om foto’s te zien van plekken waar je geweest bent, en de fotograaf liet veel foto’s van Groenland zien, hij was met een cruise van deze rederij in Illulissat geweest, leuk! Nota bene een paar maanden na ons – wij waren er in maart, hij ergens in juli/augustus. Sommige plekken herkende we zelfs precies. Hij vond het zo leuk dat ze in Groenland de was buiten te drogen hangen ondanks dat het er zo koud is, dus ik liet na de lezing een foto van een paar bevroren sokken op een waslijn zien die wij gefotografeerd hadden en we hebben hem een beetje verteld hoe wij er naar toe zijn gegaan en hem aangeraden om er terug naar toe te gaan in de lente als er nog overal sneeuw ligt. Hij wilde denk ik wel nog wel wat foto’s zien, en wilde gek genoeg mijn bevroren sokkenfoto in zijn foto-kritiek overzichtje opnemen (heeft niets met deze cruise te maken, maar goed), dus we moesten onze hutnummer en namen maar even bij zijn vrouw achterlaten. Geen idee of we nu nog een keer een afspraak maken of zo? We horen het wel...
Het toetje dat ik had vanavond was ontzettend lekker, en de Duitser, die gek is op chocolade, keek helemaal teleurgesteld toen het bij mij weggezet werd; een groot stuk smeuige chocoladetaart met fudge-icing. Die had hij helemaal gemist! Hij had in plaats hiervan bosbessenmousse besteld... Dus toen hij zijn mousse kreeg vroeg hij aan onze ober of hij misschien ook alsnog zo’n chocoladetaart kon krijgen – de ober moest lachen en zei nee sorry, is op, dat was de laatste! Maar natuurlijk kwam er iets later alsnog een stukje chocoladetaart voor hem, waar hij als een kind zo blij om keek. Het was ook verrukkelijk!










We hebben ons avondrondje vanavond iets aangepast, en zijn via de andere gang naar achteren gelopen – het was even te veel van het goede om twee avonden achter elkaar sociaal te moeten doen in de gangen... Je mag bij de draken geen rood dragen, en ook niet ongesteld zijn, zwanger zijn of open wonden hebben, omdat de kleur rood en de geur van bloed ze aantrekt. Ik slik dus al een week hormonen om de mogelijkheid van ongesteldzijn uit te sluiten, we hebben vanavond alvast onze niet-rode kleren voor morgen uitgezocht, en omdat we maar 2 uur aan land gaan hoeven we de rugzak niet mee te nemen en neem ik dus alleen een stoffen tasje mee. Hans zat me vreemd aan te kijken toen ik dat voorstelde, ik zat niet op te letten en was namelijk van plan om het RODE tasje mee te nemen! Oeps... Dus maar het groene electronica-tasje leeggooien en die meenemen!