“Zu den grossen Wassern”: 36 dagen van kust naar kust door Zuid-Amerika

HOME
ROUTE DAGEN LANDEN BEGELEIDERS "DE GROTE WATEREN" DE TRUCK

Dag 33: Dinsdag 14 september: Puno – Arica (grensovergang)

Vandaag was ook weer een lange dag rijden, maar wat een prachtig landschap zijn we doorheen gereden! We staken namelijk vandaag niet alleen de grens van Peru naar Chili over, maar ook echt de Andes over, en wat een unieke bergketen is dat! Het heeft niet eens echt zin om het landschap te proberen te beschrijven, het was gewoon uniek, en bijzonder: we reden bijvoorbeeld urenlang door een enorme woestijn van enorme bergen van zand en grind... De valleien waren ruig, en het weer ijzig – vaak lag er ijs in de rivieren en waterplassen. Lama’s en alpaca’s zijn hier als koeien en schapen bij ons, maar om de een of andere reden zijn hun omheiningen altijd tegen steile bergwanden gemaakt – terwijl er ook in de valleien ruimte is... Misschien vinden de lama’s dat prettiger? Er waren er in ieder geval genoeg, al vonden de lamahoeders het duidelijk niet zo leuk dat wij (gratis) foto’s aan het maken waren van hun vee!

Klik op de foto's om ze uit te vergroten

Tussendoor reden we opeens langs een paar spuitende geisers, stomend en kokend uit witte vulkaantjes van kalkafzettingen, met op de rotsen eromheen ijspegels gevormd door de neergeslagen stoom! Dat was een erg indrukwekkend gezicht, en ook gewoon hartstikke leuk om zoiets midden in het landschap tegen te komen... Ook de bergwanden in deze vallei waren gelig en grijzig, net zoals de modderlandschappen in IJsland – leuk!

Klik op de foto's om ze uit te vergroten

Dit deel van Zuid-Amerika is eigenlijk al onderdeel van de Atacama woestijn in Chili, wat ook een spectaculair mooie woestijn moet zijn. Het verbaasde ons om te zien hoe dit dorre, onherbergzame landschap vroeger gebruikt moet zijn geweest door indianenculturen voor landbouw – je kon op de kale zandbergen nog de landbouwterrassen zien liggen, terwijl de valleien uit vruchtbare oases bestonden.


We zijn vanaf 3800 m hoogte bij het Titicacameer tot wel 4700 m hoogte gereden, en dat was dan nog een bergpas tussen nog veel hogere bergen... De Andes is na de Himalaya (met Mount Everest) de hoogste bergketen ter wereld – de hoogste bergen in de Andes komen in de buurt van 7 kilometer hoogte! Al zijn we onderhand redelijk aan de hoogte gewend, op deze hoogte liepen we ook weer flink te puffen als we even uit de truck stapte! Al is het landschap enorm dor, toch weet er wel een en ander te groeien, en los van de vele cactussoorten was er één plant die erg bijzonder was. Het ziet er uit als een enorme vormloze buitenaardse groene blob, groeit alleen in de Andes tussen 3500 en 4500 meter hoogte, en heet de “llareta” – blijkbaar is het een soort hardhout, het voelde in ieder geval keihard. Deze “plant” is ongelofelijk compact om zo min mogelijk warmte en vocht te verliezen, en groeit maar 1 millimeter per jaar... De “blobs” van een paar meter doorsnede die wij zagen waren dus al gauw duizenden jaren oud! Erg gek om van dichtbij te zien... De gedroogde llareta’s werden vroeger als brandstof gebruikt door de indianen, omdat ze net zo efficiënt en lang branden als turf.

Klik op de foto's om ze uit te vergroten

En vanuit 4700 m hoogte zijn we eigenlijk in één lange kronkelende streep voor het eerst in weken terug naar zeeniveau gereden, want Arica ligt aan de zee! Wel moesten we eerst een grote steen losmaken die tussen de dubbele achterband was gefloept toen we vanwege wegwerkzaamheden even van de weg af moesten. Gelukkig maar dat het een afgeronde steen was en gelukkig maar dat Alfred zo oplettend was dat hij al heel gauw een vreemd geluid hoorde! Het kostte nog behoorlijk wat moeite, wrikken en manskracht (Ralph, Hans, Alfred en Carl-Heinz!) om de steen los te krijgen maar toen konden we zonder schade weer verder rijden...

Klik op de foto's om ze uit te vergroten

Het idee dat je opeens aan de andere kant van een continent staat dat je van kust tot kust bent doorgereden, en een andere oceaan ziet dan degene waarbij je begonnen bent is vreemd, en bijzonder… Onderweg kwamen we bij een dorpje weer eens een Christusbeeld tegen in de stijl van Rio de Janeiro (erg populair in Zuid-Amerika, dat is duidelijk!), probeerde we om gebakken cavia te eten in een stalletje (de bereiding duurde helaas te lang!) en moesten we onze etenswaren inleveren bij een fruitvliegencheckpoint. Een goed excuus om een vroege lunch te houden, en de restjes op te maken! Omdat Chile HEEL erg streng is wat betreft het invoeren van eten, plantaardig en dierlijk materiaal heeft Heidi voordat we bij de grens kwamen nog heel zorgvuldig al onze (plantaardige) souvenirs verstopt… De rieten bootjes van het Titicacameer, kettingen van zaden, en de kaaimantanden die Hans voor mij in de Pantanal uit een kaaimannenschedel getrokken had! En dan maar hopen dat de douane ze niet zouden vinden…

Klik op de foto's om ze uit te vergroten

De Chilense douane heeft inderdaad heel de truck doorzocht; we moesten al onze bagage door de scanner doen en Ralph moest alle opslagvakken tonen en sommige dozen opendoen – maar gelukkig had de douane geen zin om in ieder hoekje en gaatje te gaan kijken dus iedereen inclusief ik kon onze souvenirs gewoon houden! Terug op zeeniveau in ons hotel haalde we onze waterflesjes tevoorschijn die voor het laatst hoog in de Andes open geweest waren – ze waren helemaal verschrompeld, vacuüm gezogen! Het was weer een vermoeiende maar hele mooie rijdag geweest, we hebben ervan genoten. Maar het einde is in zicht en dat is ook heerlijk, we hebben weer zin om naar huis te gaan!

Klik op de foto's om ze uit te vergroten

free counters